Afgelopen zomer lanceerde luisterboekenuitgeverij Storytel het tweede seizoen van Steigereiland, een audio-detective waarin het hoofdpersonage, Lin, op het water woont. Net als de auteur, Lidewij Martens. En dat is niet de enige overeenkomst tussen de twee vrouwen.
Tekst & foto’s Leonie Hardeman
Als Lidewij Martens de deur van haar mahoniekleurige ark in Amsterdam-Noord voor me opent, glipt er bijna ongezien een zwartharige schim langs mijn benen naar buiten. ‘Dat is Teun,’ vertelt ze me, waarna ze er lachend aan toevoegt: ‘Weet je gelijk op wie Jozef gebaseerd is.’ Een grapje voor de luisteraar; ze doelt op de kater uit haar audio-detectiveserie Steigereiland, die ervoor heeft gezorgd dat ik de afgelopen week een paar avonden niet aan slapen toe kwam. Ik móést weten hoe het verderging.
Ik realiseer me ineens dat de rij woonboten waar ik net langs ben gelopen wel heel erg lijkt op de omgeving van de woonbotengemeenschap uit Steigereiland. En terwijl ik Lidewij volg naar de woonkamer, komt ook de rest van haar verhaal tot even. ‘Daar woont George,’ zegt ze terwijl ze naar een ark aan de overkant van het water wijst die in de serie van de ex-geliefde van haar hoofdpersonage is, ‘en dit is het vlotje.’ Inderdaad: in de kleine vlonder met zwemtrap herken ik direct de plek vanaf waar Lin iedere ochtend een duik neemt.
Alleen maar decor
Ik vraag Lidewij of het niet gek is om zoveel van jezelf in een boek te stoppen – of dat niet voelt alsof iedereen zomaar je leven in kijkt. ‘O, maar dit is alleen maar decor, hoor,’ luidt het nuchtere antwoord. ‘Lin is heel iemand anders dan ik. Ze doet alles wat ik niet zou durven. Ik ben gek op haar, maar het verhaal gaat niet over mij.’
Op papier klopt dat natuurlijk: het verhaal gaat over rechercheur Lin, die in seizoen één de verdwijning van haar buurmeisje onderzoekt, en in het tweede seizoen te maken krijgt met een lugubere moord en vrouwenhandel. Toch voelt het hier, in Lidewijs ark, alsof ik ín het verhaal zit. Het zwemtasje dat buiten aan de lucht ligt te drogen lijkt daar overhaast te zijn neergekwakt omdat Lin plotseling naar een plaats-delict moest, aan de muur hangen foto’s van Lins werkregio Rotterdam, en ik merk dat ik tijdens het gesprek met Lidewij steeds naar buiten blik, half en half in de verwachting dat er net zo’n asociale speedboot langs komt varen als in Steigereiland. Spoiler: dat gebeurt niet – er dobberen alleen wat eenden langs. En het zwemtasje is van Lidewij, die, nou, vooruit, daarin lijkt ze dan misschien wel op Lin, gewoon heel erg van zwemmen houdt.
Altijd weer dat water
Zelfs wie nog nooit iets van Lidewij heeft gelezen of geluisterd, is waarschijnlijk weleens met haar werk in aanraking gekomen. Naast audioverhalen en papieren romans schrijft ze namelijk televisiescenario’s, onder andere voor de politieserie Flikken Maastricht. Hoewel haar werk qua vorm dus steeds verschilt, kent het inhoudelijk toch een gemene deler. ‘Ik merk dat ik telkens bij dezelfde thema’s uitkom,’ vertelt ze. ‘Veel van mijn personages hebben bijvoorbeeld een kinderwens, en er is vaak wel ergens water in de buurt. Daar gaan we weer, denk ik dan, als het verhaal die kant op gaat – altijd weer dat water. Maar ik vind het nou eenmaal heerlijk om in het water te zijn.’
Niet zo verwonderlijk, dus, dat deze schrijfster op het water woont. Al was dat aanvankelijk niet haar eigen keus: het was de liefde voor een man die haar naar een ark bracht. De man is inmiddels uit beeld, maar de ark bleef. Of nou ja, Lidewij bleef. En dat kan ik haar niet kwalijk nemen. De binnenkant van haar ark is weliswaar nog niet helemaal af, maar door het warme hout dat ze heeft gebruikt voor de afwerking, de grote, open woonkamer annex keuken en vooral de belachelijk fijne plek in Zijkanaal I zou ik zó met haar willen ruilen.
Feit en fictie
Precies de plek van haar ark is wat waterwonen voor Lidewij zo fijn maakt: aan de rand van de stad, maar toch midden in de natuur. ‘Het leuke is dat ik die natuur nu overál zie,’ vertelt ze. ‘Toen ik nog op de wal woonde lette ik daar nooit zo op, maar nu haal ik er heel veel vreugde uit om bijvoorbeeld die eendjes voorbij te zien zwemmen.’Ze wijst naar een rij pulletjes die flink trappelend hun moeder proberen bij te houden. ‘Doordat ik er zo dicht op zit, voelt het alsof ik deel uitmaak van al dat moois. En dat is elke dag een cadeautje.’
Als ze me haar schrijfkamer laat zien, behangen met willekeurig opgeplakte foto’s en papieren en met uitzicht op die prachtige natuur, vallen voor mij de laatste Steigereiland-stukjes op hun plaats. Rechercheur Lin heeft weliswaar geen schrijfkamer, maar ineens begrijp ik: op deze plek komen feit en fictie samen. Wat Lidewij buiten ziet gebeuren belandt rechtstreeks op haar scherm, en wordt daar vermengd met een flinke snuf van haar eigen fantasie en een sausje van herinneringen en ervaring. Wanneer ze me even later vertelt over de problemen die zij en haar buren de afgelopen winter hadden, variërend van bevroren waterleidingen tot ontplofte rioolpompen, bevestigt ze mijn vermoeden. ‘Dat komt in seizoen drie!’ zegt ze met een brede lach.
Een uurtje later stap ik weer in mijn auto, nog een beetje onwennig in de echte wereld. In de verte denk ik bij wijze van afscheidssalvo nog een pruttelend geronk te horen. Zou die speedboot dan toch…?
De twee seizoenen van Steigereiland bestaan elk uit tien afleveringen die je via Storytel kunt beluisteren of downloaden als e-book. De eerste veertien dagen is dat gratis; daarna betaal je een tientje per maand.